Macht aan het volk,
het volk regeert. Demos kratein, democratie.
De Grieken hebben
zeker en vast het woord uitgevonden, ergens in de 5de eeuw v.C., volgens Herodotos.
In die tijd demonstreerde Pericles dat het “systeem” wel degelijk vruchten kon
afwerpen: de “Gouden Eeuw” van de Grieken leverde daarvoor het (blijkbaar) eeuwige
bewijs, ook al was er zo maar één eeuw! Terwijl de idealisering ervan
dagelijkse kost blijft, is de beschaafde werkelijkheid inmiddels heel ver weg
van dat democratisch hoogtepunt.
Na twee nachten van
parlementaire debatten en stemmingen in Athene, ontvangt Griekenland van Europa voldoende geld om de “lopende betalingen”
af te handelen en zodoende een de facto bankroet te vermijden (naar verluidt
via een “overgebleven potje” in het EFSF/ESM). Nu worden onderhandelingen
opgestart om een bijkomende lening van een slordige 86 miljard Euro rond te krijgen,
tegen eind augustus.
In januari hebben
de Grieken, volgens de hedendaagse regels van de democratische kunst, gestemd
voor verandering: Syriza wint de verkiezingen en een meerderheid in het
parlement. Zij zijn dus uitverkoren om redding te brengen na jaren van
corruptie en, misschien doch niet noodzakelijk, onkunde van de voorgaande
leidende klasse. De laatste zes maanden stonden bol van dramatische spanning, met
kolder en satire, daar waar het “onderhandelen met Europa” betrof.
Gedurende dat voorbije
semester is Griekenland er, zo blijkt nu, voortdurend op achteruit gegaan. Het
vooraanstaande Griekse Instituut voor Economisch en Industrieel Onderzoek
(IOBE) meldt (a) dat de economie 2.5% krimpt in 2015 tegenover een stijging van
0.7% in 2014, (b) dat de werkloosheid terug boven de 26% is gestegen, en nog
blijft stijgen, na een daling vorig jaar. De Griekse regering zelf meldt deze
week ook (a) dat ze geen mogelijkheid zag om het zeer onlangs afgesproken
primaire budgetsurplus van 1% (=zonder rekening te houden met aflossingen en
interesten) voor 2015 te halen en (b) dat de inningen van belastingen in het
eerste half jaar 2.3 miljard Euro onder de vooropgestelde verwachtingen waren
gebleven.
Met andere woorden:
Syriza heeft een land dat zes maand geleden broos herstellende was, terug in
een duik naar beneden gebracht. Wellicht gingen ze ervan uit dat hun Grexit
chantage en Duitse zwartepieterij tot overdonderend succes zouden leiden, zodat
de terugval in Griekenland kon gecompenseerd worden door nieuwe handgiften
vanuit de Eurozone: voorlopig niet dus.
Vooralsnog kan dat
objectief, nagejaagd door het macchiavelliaanse tandem Tsipras-Varoufakis,
werkelijkheid worden. Immers de leiders van de Eurozone onderhandelen vandaag
weer over een (derde) monsterlening aan Griekenland. Alvorens uit dit alles enkele
weloverwogen conclusies te trekken, lijkt het niet overbodig om wat cijfers in
verband met de Griekse schuldenberg en de daarbijhorende “bailout” (originele betekenis: water hozen uit een
zinkende boot), naast mekaar te zetten en te duiden.
Cijfers die
boekdelen spreken
Momenteel heeft
Griekenland een schuldenberg van €320 miljoen (160% van hun BNP). Hierbij is
geen rekening gehouden met het “kaskrediet” van €90 miljard dat de Europese
Centrale Bank onder de vorm van noodhulp voor liquiditeit (ELA) aan de Griekse
banken (die sowieso failliet zijn) toestaat. Sinds 2010 heeft de Eurozone, middels
twee bailouts, reeds €240 miljard steun gegeven. De bedragen zijn
duizelingwekkend. In menselijke taal betekent duizelingwekkend dat we duizelen
als we ze lezen of horen, zodanig dat de ware grootte ervan ons feitelijk ontgaat.
Om een beter idee te krijgen van die buitenissige dimensie, dringen enige
vergelijkingen zich op.
Om te beginnen is
240 miljard Euro ongeveer de helft van het BNP van België en is ruwweg gelijk
aan wat de ganse Belgische Staat zelf op één jaar uitgeeft. In termen van het eigen
Griekse “nationaal product” betekent het dat alle Grieken samen meer dan 16
maanden moeten “presteren” om dit bedrag te “produceren”. Ierland en Portugal,
economisch ongeveer even groot als Griekenland, kregen ongeveer 85 miljard Euro
steun, één derde van wat de Grieken totnogtoe (!) in leningen ontvingen,voor
hun “bailout”. Werkelijk tastbaar en visueel herkenbaar wordt het als we al dit
geld, tweehonderd veertig miljard euro, zouden stapelen: in briefjes van 100€ heb
je daarvoor dan 120 trekker-opleggers nodig van 20 ton elk: een sliert van een
paar kilometer.
Als we het vanuit
een andere hoek bekijken – ervan uitgaande dat de gewone werkman in Griekenland
het echte slachtoffer is van deze rampzalige toestand en in de eerste plaats moet
geholpen worden – is het wellicht nuttig indien we deze leningen terugrekenen
naar, zeg maar, humanitaire steun. Als we de 2 miljoen armste Grieken (20% van
de bevolking) elk twaalf duizend Euro per jaar cadeau doen, kost dat ons jaarlijks
20 miljard Euro. De armste gezinnen worden daardoor voorbij het gemiddelde
Griekse gezinsinkomen opgetild. Deze steun gedurende vier jaar verlenen kost 96 miljard
(grosso modo het bedrag van de volgende bailout tranche). In de wetenschap dat dit geld bij de
laagste inkomens het snelste in de economie circuleert en ze op die manier een enorme
duw in de rug geeft, lijkt het aanbevelenswaardig om het geld niet aan de
politici te geven, maar direct aan de mensen … Daarbij zou een
karavaan van vrachtwagens, met vermelding “Steun van Europese Vrienden”, niet misstaan als duidelijk
voorbeeld van Europese solidariteit (tegenover de lokale corruptie en de stemmingmakerij)
Tot slot toch nog even
terug naar het begin van de financiële crisis (die uiteindelijk het Griekse
staatsbedrog heeft doen ontploffen). In de USA stak de Amerikaanse Staat via de Federale Bank, onder de vorm van
de zogenaamde TARP, ongeveer 430 miljard Euro ($475 miljard, ttz Amerikaanse “billions”) toe om de falende
economie uit het slop te halen (en de grootbanken te redden, uiteraard!) Op dat
moment was dat TARP bedrag zowat 3.5% van de totale Amerikaanse economie.
Inmiddels is die economie met ongeveer 2.5% gegroeid (van $14700 miljard naar
$17400 miljard). In Griekse maten en gewichten werd voorlopig in totaal een
bedrag aan bailouts verstrekt ten belope van het volle 100% jaarlijkse BNP van
de Griekse economie! Naar Amerikaanse normen gemeten, 3.5% zoals hogergenoemd, zou
er slechts 7 (zeven!) miljard euro nodig geweest zijn. Daarenboven is de Griekse
economie vandaag 20% kleiner geworden – en de Amerikaanse gegroeid!
Enkele (na)beschouwingen
zijn aan de orde.
Als Griekenland al
geen “Gouden Eeuw” beleeft in de algemene zin van welvaart en welzijn, dan
kunnen we toch vaststellen dat het in dramatische zin, hoge toppen scheert, met
verscheurende keuzes en extreme emoties eigen aan grote klassiekers van Aeschylus
en Sophocles. Het schouwtoneel is niet het knusse theater van Dionysus in
Athene, noch het betoverende Epidaurus, maar wel “de wereld” – waarbij zowel slachtoffers,
toeschouwers, acteurs als regisseurs dagdagelijks, met de hulp van spindoctors
allerhande, hun duit in het zakje doen, wezen ze gemotiveerd door geldgewin,
haatzaaierij of doodgewone “leuke lol”.
Dat de media niet
alleen tevreden zijn met het verslaan van nieuws, zelfs niet met het vrijtjes
en losjes interpreteren van nieuws, maar
heel dikwijls uit zijn op het creëren van nieuws, heeft het Griekse vraagstuk
geen goed gedaan. Dat de Griekse politici zelf niet terugdeinsden om hieraan
deel te nemen, niet alleen door het aanstoken tot twee- of zelfs méérdracht
binnen de Europese Unie, maar zeker ook door het stigmatiseren van Duitsland,
en zelfs van Duitse ministers (waarbij Nazi allusies niet ver weg waren), is
weerzinwekkend en … een moderne democratie onwaardig. Dat de media zelf, en
de media manipulatoren binnen de “Global Village”, een oplossing voor dit
Griekse probleem zwaar hebben bemoeilijkt staat buiten kijf. Uiteraard werd hun
de gelegenheid daartoe mede geboden door het dikwijls genante gedrag en falend leiderschap
van de deelnemende actoren want, geeft toe, zowel economisch, financieel,
politiek als democratisch is het verhaal van de Grexit, vanaf 2010, en
vooralsnog zonder einde, een ongeëvenaarde “soap”.
Vooreerst was, op
economisch vlak, de idee om via enorme leningen de Griekse economie uit de
verdoemenis te halen een doodgeboren kind. Tot de dag van vandaag is het
drukken van geld, met aansluitend muntontwaarding als gevolg, de enige weg
voorwaarts. (Dat is ook wat TARP in de USA als onmiddellijk gevolg bewerkstelligde,
met de consequentie dat Europa, door de sterkere (sic) euro, het moeilijker
kreeg in zijn handel met de USA). Daarnaast waren de voornaamste oorzaken van
de Griekse crisis voldoende gekend (corruptie, barslechte staatsadministratie,
dure sociale voorzieningen, cultuur van profetariaat) om, tegelijkertijd met
een open geldkraan, wetgevende maatregelen te nemen opdat de genoemde ziektekiemen
maximaal zouden ingeperkt worden. In dit geval werd echter geen van beide
acties genomen: devaluatie binnen de Euro was de facto onmogelijk, en
opeenvolgende, democratisch verkozen parlementen waren onbekwaam om de gepaste
maatregelen te nemen.
Op financieel
gebied beweerden de verlichte leiders van de Eurozone, met de vurige overtuiging
van hun onwrikbaar geloof in hun eigen wijsheid, dat een land, waar de economie
in ieder geval een grote duik zou nemen, toch zou bekwaam zijn om, zelfs onder
druk van verarmende en deflatoire maatregelen (!), straks een schuld van
tweemaal zijn BNP, af te lossen. Waanzin!! Want ook al is de rentevoet
ondertussen (en voorlopig) naar ongekende diepten gezakt, dan blijft zulke
oefening voorlopig ongezien in de wereldgeschiedenis. Voor 200 miljard leningen
toekennen was geld gieten in een bodemloze put. Uiteraard hebben ze er op die
manier wel voor gezorgd dat in 2010-13 de Europese banken op die slinkse wijze
“gered” werden, en lijkt het erop dat men in 2015 de Europese burger, uiteindelijk de
ware verstrekker van de honderden miljarden in steun, nog niet wil vertellen dat twee
tot driehonderd miljard Euro niet te recupereren zullen zijn. Die waarheid komt wellicht slechts boven met de volgende generatie “leiders”. Doorheen deze politieke
manipulaties is Griekenland, al zinkende, drijvende gehouden.
Vanuit een
politieke optiek is het debacle compleet. Tsipras en de zijnen hebben Europa
veel schade toegebracht, zoals ze min of meer hadden beloofd (eigenlijk hadden
ze gehoopt dat Europa snel zou gecapituleerd hebben). Vanaf het begin heeft
Varoufakis verkondigd dat Europa zich niet kon veroorloven om de Grieken “te
laten vallen”. Binnenin Griekenland wordt Europa (met Duitsland als mascotte)
aanzien als de arrogante rijkaard die zijn Griekse broeders en zusters niet
alleen hulpbehoevend achterlaat, maar hen ook om de haverklap vernedert. Miljoenen
Grieken ergeren zich aan de blauwe vlag vol sterretjes. Binnenin Europa zijn de
spanningen tussen de landen die structureel ongezond zijn, en diegenen die zich
met veel inzicht en inzet voorbereid hebben op, en aangepast aan, een snelveranderende
wereld, helemaal opengebarsten, met Duitsland aan de éne kant en het
Frans-Italiaanse tandem aan de andere. Daarnaast is er in Oost-Europese landen
misnoegdheid over de miskenning van hun problematiek en de perceptie van
favoritisme ten aanzien van Griekenland, terwijl de voorstanders van de Brexit in
hun vuist lachen. Verenigd Europa?
Tenslotte werd de democratie,
waarover de Grieken af en toe de eigendomsrechten claimen, voortdurend
misbruikt om macht te consolideren. Als de EU straks beslist om nog maar eens
100 miljard Euro aan de Griekse Staat te lenen, dan staat de machteloze kiezer
in Europa daar gegarandeerd niet achter (een referendum à la grec zou dat snel
duidelijk maken). Wellicht zouden de meeste Europeanen ook verstomd staan als
ze helemaal door zouden hebben dat ook hun eigen centrale bank, de ECB, de
Grieken dagelijks honderden miljoenen toestopt, onder de vorm van zogenaamde
“spoed”- liquiditeiten. Deze kraan staat al maanden aan één stuk open, en de euroteller
staat op 90 miljard: elke dag opnieuw wordt “noodhulp” geboden via een
mechanisme (ELA) dat eertijds in het leven werd geroepen om banken binnen een termijn
van dagen of weken over een tijdelijk gebrek aan cash te helpen! Een standaard
truukje van onze democratische leiders om de kiezer “heel even” buiten spel te
zetten.
Als Europa
uiteindelijk in juli begint te onderhandelen over nieuwe noodkredieten (weer
een slordige 90 miljard), waarbij strenge randvoorwaarden worden afgesproken,
dan schreeuwen Grieken en andere vrijdenkers – inclusief de wereldpers, die welvarend
leeft van deze controverses, dat dit een aanslag is op de Griekse
soevereiniteit, een antidemocratische, en dus onaanvaardbare, regeling!
Dezelfde groep schreeuwers noemt de uitkomst van het recente Griekse referendum
in één adem een democratische “beslissing” van recht op bijstand, die Europa
niet naast zich kan en mag neerleggen! Sinds wanneer is de stem van drie
miljoen Grieken een meerderheid in Europa?
Uiteindelijk blijven
we zitten met de twee grote vragen die er van in het begin waren. De eerste: in
januari hebben de Grieken voor Syriza gekozen, zodat die partij in het
parlement de quasi-absolute meerderheid heeft (mede dank zij het Griekse
politieke stelsel dat aan de grootste partij sowieso 50 zetels “cadeau doet”).
Deze regering heeft hoog spel gespeeld in Europa en heeft, ondertussen, de
Griekse economie, zoals blijkt uit de harde cijfers, terug naar de afgrond
gestuurd. In het recente referendum stemden volle zestig procent van de Grieken
“OXI” – neen! Waarom zou Europa die keuze niet respecteren en hen hun eigen weg
laten gaan?
De tweede vraag: al de miljarden hebben voor de (gewone) Grieken
weinig of niets opgelost, en er is ook geen nieuwe, kansrijke oplossing in
zicht. Hoe kunnen wij, Europeanen, al die gewone Grieken het beste helpen?
Zowel vanuit politiek, economisch, financieel en democratisch oogpunt is er
slechts één oplossing met kans op slagen, namelijk een begeleide Grexit, zoals
die trouwens door de meer schrandere politici en niet-ideologische economen wordt bepleit. Dit impliceert de creatie
van een eigen Griekse munt en daarnaast humanitaire steun aan de gewone Grieken
(misschien kunnen de Amerikanen hierbij een handje toesteken, en op die manier
bijdragen aan de beveiliging van de “Zuidelijke Natoflank” ).
Zonder twijfel zal Europa,
via zijn Europese belastingbetalers, al de verliezen moeten slikken, maar dat is in alle scenario’s een onontkoombaar lot: Sophocles had daarvoor een naam – “moira”.
Grimburger,
25 juli 2015